Voor de tweede keer deze week op verplaatsing met mijn collega-teamverantwoordelijken voor sessie nummer zoveel van ons ontwikkelingstraject. Wat maakt dat ik deze week in totaal maar drie dagen op de werkvloer aanwezig was, waarvan het merendeel van de tijd dan nog eens opging aan vergaderingen. Het rechtstreekse gevolg daarvan is dat ik elke avond heb zitten werken tot het tijd was om te gaan slapen. Aja, overdag geen tijd om mails te lezen, dat betekent dat deze ‘s avonds ingehaald moeten worden. Ik wil het nieuwe jaar al niet meteen met een achterstand van start gaan.
Was het een nuttige dag? Een dag die het de moeite waard maakte om op een vrijdagavond op de luchthaven nog werkmails te doorploegen? Wel, ik weet het eerlijk gezegd niet. De lesgever in kwestie had zich er nogal makkelijk vanaf gemaakt door vóór de kersvakantie één van mijn collega-teamverantwoordelijken de opdracht te geven de voormiddag in te vullen. En na de middagpauze (met broodjes, uiteraard, de broodjes beginnen mij zo langzamerhand de oren uit te komen) vertrok de lesgever, zodat we onderling nog wat konden verder werken aan de reorganisatie-evaluatie.
Ik begin zo stilletjes aan het vermoeden te krijgen dat onze lesgever ons een bende hopeloze gevallen vindt verstrikt in het web van een half mislukte reorganisatie. Enfin ja, hopelijk heeft ze geprofiteerd van haar onverwachte vrije namiddag.