Maandag en dinsdag trokken we met alle leidinggevenden van mijn werk (19 personen in totaal) naar Destelheide voor een tweedaags managementseminarie. Ik moet eerlijk toegeven dat ik er op voorhand niet superveel zin in had. Ik wordt nu eenmaal niet bepaald warm van activiteiten die starten om 8.30u (serieus!) op een maandagochtend. En het vooruitzicht om na twee dagen zonder laptop met een gigantische mailachterstand geconfronteerd te worden, schrok mij ook wat af. Aan de andere kant was het belang van deze bijeenkomst duidelijk. In de waan van alle dag is het immers moeilijk om momenten vrij te maken om grondig te werken aan de organisatie zelf en te reflecteren over fundamentele keuzes voor de toekomst. En met de coronacrisis die langzaamaan in de achteruitkijkspiegel verdwijnt, is het nodig om opnieuw te focussen op de samenhang van onze organisatie, die door het vele thuiswerken wat zoek is geraakt.
Het werd alleszins een memorabele tweedaagse. Het moet geleden zijn van de tijd dat ik met de middelbare school op bezinning geweest ben dat ik nog eens op een slaapzaal met stapelbedden geleden heb en van gemeenschappelijk sanitair op de gang gebruik moest maken. (Fun fact, iedere deelnemer aan ons seminarie had een aparte kamer.) (Of neen, toen ik nog aan de unief studeerde, ben ik een keertje een kameraad op Erasmus in Parijs gaan bezoeken en toen heb ik ook een nacht in een jeugdherberg op een slaapzaal doorgebracht.) Toch speciaal.
Mijn oorspronkelijke scepsis over de tweedaagse smolt al snel weg, want het bedrijf dat ons begeleidde, had alles erg grondig voorbereid en het programma rond de juiste onderwerpen opgebouwd. Ik moet zeggen dat het een behoorlijk intensieve dag was. Na al dat harde werk werden we ‘s avonds beloond met een heerlijk grootkeuken diner. 😉 Just kidding, het eten viel best wel mee!
En dan was het tijd voor het hoogtepunt van de tweedaagse: een heus bosspel met geblinddoekte (!) dropping. Believe you me, daar had ik nu eens helemaal geen zin in. Ik wilde veel liever met mijn collega’s, die ik al zo lang niet meer gezien had, aan de bar hangen. Ik was ook erg moe aan de tweedaagse begonnen, dus veel fut om in het donker in de bossen rond te hossen had ik niet. Maar goed, teamspeler die ik ben, deed ik dan toch maar mee, zij het iet of wat sputterend. Aangezien het bedrijf dat ons begeleidde erop aandrong niets publiek te maken over het spel zelf, zal ik die wens hier respecteren. Samenvattend kan ik zeggen dat we opgedeeld werden in verschillende groepjes, op verschillende plaatsen in het bos gedropt werden, voorzien van walkietalkies en een gsm uit de jaren stillekes en moesten proberen met alle groepen samen naar één doel toe te werken, zonder dat we van onszelf en elkaar wisten waar we ons bevonden. Uiteraard bakten we er totaal niks van, maar onderweg zag ik wel talloze voorjaarsbloeiers en een stuk of zes padden. Dat alleen al maakte mijn avond goed, al had ik liever gewoon wat in het bos rondgewandeld, dan me met dat spel bezig te moeten houden. Gelukkig zat de sfeer goed in ons groepje!
Enfin ja, uiteindelijk belandden we rond een uur of elf ‘s nachts toch allemaal in de bar waar we menig flesje kraakten om het verdriet van ons falen te verdrinken. 😉 Het was zo plezant dat ik uiteindelijk pas rond half drie in bed lag. Wat ik de volgende dag natuurlijk dubbel en dik betaalde. Maar niemand zal mij kunnen verwijten dat ik niet aan teambuilding gedaan heb, daar in de bar!
De dinsdagochtend kregen we feedback over de dropping van de avond voordien. Mijn voornaamste feedback was dat ik meer mijn persoonlijke ambities had mogen formuleren. Met andere woorden, ik had moeten zeggen dat het hele spel me niet zoveel kon schelen en dat ik liever gewoon een boswandeling wilde maken. Die feedback is natuurlijk terecht, maar als ik heel eerlijk moet zijn, in andere omstandigheden had ik mij zeker ten volle op het spel zelf gegooid, dus dan had ik wellicht een ander soort feedback gekregen. Maar goed, ik was wel blij met de feedback dat ik erin slaagde de sfeer erin te houden en mij altijd constructief opstelde.
In de namiddag kreeg ik het wel wat lastig, de vermoeidheid en dat tikkeltje te veel alcohol begon zwaar op mij te wegen en ik was blij toen we rond 16.30u afrondden. Ik liet mijn vriend weten wanneer ik ongeveer thuis zou zijn (toch handig die location sharing), bedankte mijn chauffeur om me af te zetten aan het station en ging samen met mijn vriend iets lekkers eten bij L’Etoile d’Or, gewoon omdat ik zin had in kroketten. En een lekkere dame blanche was de perfecte afsluiter van de maaltijd.
Ik kijk alleszins met een positief gevoel terug op deze tweedaagse, denk dat we met alle leidinggevenden een belangrijke stap in de goede richting gezet hebben.