Ontbeten met een heerlijk noedelsoepje! Geproefd van de rijstporridge (toch niet mijn ding, zelfs al meng ik er een heel assortiment aan zoute toevoegingen door), de rambutan en de zeekokosnoot. Helemaal klaar om erin te vliegen op de eerste dag van de Hack In The Box conferentie. Ik zal maar direct open kaart spelen: in mijn huidige functie kom ik nog bitter weinig met IT in aanraking, maar ik heb wel een IT-gerelateerd diploma op zak en ik interesseer me nog steeds in IT-topics, al heb ik mij nooit gespecialiseerd in IT security. Ik vreesde eerlijk gezegd dat ik niet veel aan de talks op de conferentie zou hebben, maar wou het toch een kans geven en zeker de keynotes bijwonen, omdat deze meestal minder in de details gaan.
En zowaar, Andy Ellis, CSO van Akamai, bleek een erg goeie spreker te zijn die een verhaal bracht dat ik tot mijn eigen verbazing van A tot Z kon volgen en zelfs niet veel nieuws bracht voor mij. Helemaal enthousiast door dit eerste succesje, besloot ik me na de koffiepauze (met zalige chocolat chip cookies) aan de presentatie over security flaws in vessel tracking systems te wagen. De heren die de presentatie gaven, hadden zich voor de gelegenheid uitgedost als kapiteins en hun presentatie sprak tot de verbeelding. Ze waren er bvb in geslaagd om te faken dat een gigantische tanker opeens ergens in een meer in het binnenland van de USA lag. Boeiende presentatie over toch wel een heikel onderwerp. Laat ons hopen dat er niet te veel mensen met slechte bedoelingen in de zaal waren, want ik kan me goed voorstellen dat de zwakheden in de vessel trackings systems misbruikt kunnen worden om serieus wat miserie te veroorzaken.
Daarna ging ik naar een presentatie met de ronkende titel: “Using Online Activity as Digital DNA to Create a Better Spear Phisher”. De titel was meteen ook het enige begrijpbare aan de presentatie. Ik dacht dat ik ondertussen al wat gewoon was, maar het Engels dat de presenterende Braziliaan sprak, was ronduit desastreus. Onverstaanbaar. Gelukkig had ik mijn laptop bij. 😉
Tijdens de lunchbreak werden we onthaald op een zeer uitgebreid buffet. Nét iets beter dan de obligate broodjes. 😉 Het eten smaakte en we hadden het geluk dat twee coole gasten van The Open Organisation Of Lockpickers bij ons aan tafel schoven. Ze waren nog een beetje jetlagged, maar het klikte meteen en ze drukten ons op het hart dat we zeker langs hun stand moesten komen later op de dag. Eén van de lock picking guys vertelde een werkelijk hilarisch verhaal over zijn bezoek aan een Brusselse puzzle winkel. Omdat we zo fijn aan het babbelen waren, hadden we de tijd een beetje uit het oog verloren en waren de namiddagsessies al gestart.
We zochten ergens een plekje in de presentatie over malware, maar mijn aandacht kon ik er niet echt meer bijhouden. De presentatie was niet zo denderend en we besloten vroeger de zaal te verlaten om met de Lock picking guys te gaan babbelen. Aan de Toool stand kregen we een uiteenzetting over handboeien en dan vooral over hoe uit handboeien te geraken. Eigenlijk is de werking van handboeien gebaseerd op een erg eenvoudig principe en eens je weet hoe dit ineen zit, is het een fluitje van een cent om uit een set handboeien te geraken. Ik mocht dat even zelf uitproberen en het lukte probleemloos. Mijn vriend had de handboeien echter te strak aangedaan waardoor de methode waarbij een dun metalen plaatje tussen de tanden van het mechanisme geschoven moest worden, niet meer werkte. Ze zijn hem moeten komen bevrijden met het sleuteltje. Als dank voor ons enthousiasme kregen we allebei een prachtige donkerblauwe tovenaarshoed opgezet met zilveren sterren.
Laat me zeggen dat, indien ik voordien nog niet genoeg opviel in een overwegend mannelijk en Aziatisch publiek, dit door mijn nieuwe hoofddeksel nu zeker het geval was. 😉 Ik had alleszins niet verwacht mij zo goed te amuseren op deze conferentie. En dat de wereld klein was, bleek nogmaals toen een Belgische vriend liet weten dat hij met één van de kapende kapiteins samen een paper geschreven had. Even snel de groetjes gaan doen en een foto gemaakt voor het thuisfront.
Spijtig genoeg hebben mijn vriend en ik ergens een verkoudheid opgedaan, die zich in mijn geval manifesteerde in een erg vervelende druipnuis en in mijn vriend zijn geval in een ambetante hoest. Nu, het was minder erg dan de verkoudheid in Schotland: mijn nachtrust leed er niet onder, dus echt veel last had ik er niet van. Ik moest er alleen op letten voldoende papieren zakdoekjes bij te hebben. Eén van de Belgen waarmee we ook in Singapore op stap waren geweest, had het erger te pakken: die voelde zich te ziek om de conferentie bij te wonen. Ik verdenk hem ervan ons aangestoken te hebben!
Toen de laatste talks van de dag begonnen, hield ik het voor bekeken en ging ik aan het zwembad liggen. Een mens moet nu ook weer niet overdrijven, he. 😉
Toen de laatste talk afgelopen was, kwam mijn vriend me daar vervoegen en vertrokken we (na een snelle douche) richting de Petronas Twin Towers. Hij had deze torens nog niet gezien sinds onze aankomst, hoog tijd om daar verandering in te brengen. Uiteindelijk was het maar een dikke tien minuten lopen vanaf ons hotel. De torens by night waren alleszins de moeite. We genoten van het schouwspel en gingen daarna op zoek naar iets kleins om te eten, want het buffet en al de hapjes overdag waren nogal overdadig geweest.
En we vonden een ideale plek om de kleine avondlijke gaatjes te vullen: een conveyor belt sushi! Je kiest net zoveel sushi als je wil en betaalt gewoon per portie. De sushi was niet om van achterover te vallen (een beetje te veel mayonaise-varianten naar mijn goesting), maar we aten zeker lekker én goedkoop bij de KLCC Sushi King.
Terug in het hotel probeerde ik tevergeefs nog eens wat foto’s op te laden naar mijn flickr-account. We hadden speciaal voor dat doel een snellere internetconnectie aangeschaft, maar helaas, er moet een limiet gestaan hebben op het uploaden, want ik slaagde er gewoonweg niet in om ook maar één foto online te krijgen. Ook hier weer scoorde Singapore beter. We konden daar zelfs foto’s opladen via de 4G mifi!