Ik weet niet of jullie het weten, maar ik heb een hekel aan telefoneren. Ik telefoneer zelden. Als ik me dan toch over mijn telefoonaversie kan zetten, is het om te melden dat mijn trein vertraging heeft of dat ik te laat op een afspraak ben. Ik denk dat de telefoon voor mij een te vluchtig medium is. Ik orden graag mijn gedachten in een geschreven tekst. Email is helemaal mijn ding, terwijl ik goed genoeg weet dat je sommige mensen best telefonisch contacteert om dingen gedaan te krijgen. Wat ik dan ook doe, maar met tegenzin en nooit zonder eerst een mailtje gestuurd te hebben.
In privécontext bel ik zelden en ik word (tot mijn opluchting) ook niet veel opgebeld. Dit weekend kreeg ik echter verschillende telefoontjes. Telkens ik het geluid (getril is correcter) van de gsm hoorde, sloeg mijn hart een slag over. Het verwachte slechte nieuws bleef echter uit, in de plaats daarvan kreeg ik een toezegging voor deelname aan ons feest en een uitnodiging voor een ander feest te horen.
Ik geloof dat mijn gsm zelf moet wennen aan al dat belverkeer, want ik had telkens moeite de heren aan de andere kant van de lijn te verstaan. Email, zoveel handiger. En je kan dat twee keer lezen om te zien of je alles wel goed begrepen hebt.