Gisteren is in de Brusselse metro (opgelet niet op deze illegale link klikken!) mijn portefeuille uit mijn rugzak gestolen. Kan iedereen gebeuren, natuurlijk, maar het is wel knap vervelend. Ik maal niet zozeer om het verloren geld (de dief in kwestie heeft zich met mijn geld hopelijk een goede roes kunnen kopen), maar wel om de administratieve rompslomp die nu onvermijdelijk op mij afkomt. Nieuwe identiteitskaart, nieuw rijbewijs, nieuwe studentenkaart, nieuw treinabonnement, nieuwe prikkaart, nieuwe SIS-kaart, nieuwe toegangskaart,… Enfin, ik moet er geen tekeningetje bij maken.
Ben vooral boos op mezelf dat ik het de dief in kwestie zo gemakkelijk heb gemaakt. Normaal verplaats ik in de metro altijd mijn portefeuille van een zijzakje (gemakkelijk om hem altijd bij de hand te hebben) naar de onpeilbare diepten van mijn rugzak. Alleen nu niet. Vergeten. Te druk aan het babbelen met een collega. Tja en één moment van onoplettendheid is natuurlijk genoeg.
Anyway, naar het schijnt hoor je vooral boos te zijn op de dief in kwestie. Maar zo voel ik dat helemaal niet. Echt, ik hoop dat hij of zij iets aan mijn geld gehad heeft, maar het ware wel zo vriendelijk geweest om mijn portefeuille ergens te droppen zodat ik tenminste de inhoud die voor een dief niet waardevol is, maar voor mij des te meer, kon recupereren.
Soit, genoeg hierover. Gedane zaken nemen geen keer.
Vanavond ga ik met twee goeie vrienden naar een optreden van het Vlaams Radio Orkest in het kaders van Kulturama. Hopelijk verzacht de muziek mijn zeden een beetje. 😉
Mét mijn welgemeende excuses aan mijn vriendje, omdat ik zo lastig gedaan heb over iets wat eigenlijk toch maar een futiliteit is…
[…] Die keer in de Brusselse metro […]