Na een bijzonder verkwikkende nachtrust in Swissôtel Düsseldorf/Neuss was het een plezier ‘s ochtends de gordijnen op te trekken en de skyline van Düsseldorf te kunnen aanschouwen. Pluspuntje voor dit hotel. Het ontbijtbuffet stelde niet teleur met een vers gemaakte omelet, gravad lax, vers brood, kaas en veel vers fruit. Een stevig ontbijt om genoeg energie op te doen voor de rest van deze mooi winterdag.
Na het ontbijt namen we opnieuw de tram naar het stadscentrum aan de overkant van de Rijn. Onze eerste halte: de 240,5 meter hoge Rheinturm. Het was een prachtig zonnige dag, dus het uitzicht vanaf het bezoekersplatform op 164 meter hoogte was de moeite. Alleen jammer dat de blauwe lichtjes van de kerstversiering die binnen de toren aangebracht was voor lelijke weerkaatsingen in de ruiten zorgden. Gelukkig was mijn favoriete stukje Düsseldorf (de Medienhafen) net optimaal belicht om goede foto’s te kunnen maken. Oja, de Rheinturm is niet alleen een zendmast met roterend restaurant en uitkijkplatform, het is ook nog eens de grootste digitale klok ter wereld. Al moet je wel wat moeite doen om het ding te kunnen aflezen.
Terug met onze voeten op de begane grond wandelden we verder naar de Medienhafen om de moderne architectuur van architecten zoals Frank O. Gehry, David Chipperfield, Joe Coenen, Steven Holl en Claude Vasconi te bewonderen. De zon scheen zo fel dat ik zelfs mijn zonnebril moest boven halen. Er stonden zelfs wat terrasjes buiten! Ik kon me zonder moeite voorstellen dat het hier op een mooie zomeravond zwart zou zien van het volk. We maakten wat selfies met de gopro en besloten rond 13u toch maar op zoek te gaan naar een restaurant. Zo belandden we bij Mongo’s, een Aziatisch wokrestaurant waarbij je zelf de ingrediënten kan uitkiezen die de koks dan voor jou wokken met een saus naar keuze. Ik had nog niet zoveel honger (het ontbijt was bijzonder copieus geweest) en besloot voor een Phở te gaan, in de veronderstelling dat dit een maaltijdsoep zou zijn. Helaas bleek de soep wat kleiner uit te vallen dan verwacht, maar geen erg, er stond ook een insektenplatter op het menu. Als ik ergens de kans krijg om insecten te eten, doe ik dat meestal, omdat ik er nog steeds van overtuigd ben dat insecten eten dé manier is om de honger de wereld uit te helpen. En natuurlijk ook een beetje omdat het leuke foto’s oplevert, zo van die geroosterde insecten. 😉 De insecten smaakten en ik pikte nog wat wok mee van mijn vriendje zodat ik toch voldoende gegeten had. Als afsluiter dronken we een rhabalaya (rabarbernectar, vodka en vanille), een recept uit de Himalaya (of dat maakten ze ons toch wijs). Heel lekker!
Na de maaltijd namen we de bus naar de Kiefernstrasse om de street art aldaar te bewonderen. Een suggestie van de vriendin van mijn broertje. Een heel goed idee, want ik was echt onder de indruk van de diversiteit en de kwaliteit van de street art. Gevelhoge schilderingen in de meest sprekende kleuren. De droom van elke fotograaf. De wijk kende een bewogen geschiedenis, maar tijdens ons bezoek was het er bijzonder rustig. Al drong er hier en daar toch wel een wietgeur onze neuzen binnen.
De zon ging al bijna onder toen we de wijk verlieten en de tram naar de Altstadt namen. We bezochten de Andreaskirche en slenterden door de straten terwijl het langzaam donker werd. We kochten een fles Killepitsch als aandenken aan ons bezoekje aan Düsseldorf. Killepisch is een plaatselijk gedestilleerde kruidenlikeur die volgens een geheim familierecept wordt bereid.
De dag voordien was ons oog al gevallen op de pralines en de chocolademelk van Gut & Gerne in het hartje van het oude stadsgedeelte. We konden het niet laten om even binnen te stappen voor een laat vieruurtje. Ik ging voor een Zartbitter Heiße Schokoladen mit 72 % Kakaonanteil. Heerlijk! De portie chocolademelk was erg groot, maar niets wat een echte chocoladeliefhebber niet moeiteloos kan verorberen. Al was ik stiekem wel blij dat ik ‘s middags niet zoveel had gegeten. 😉
‘s Ochtends bij het ontbijt hadden we afgesproken om ons die dag aan nachtfotografie te wagen. Daarvoor moesten we even heen en weer naar het hotel, want we hadden geen zin om al van ‘s ochtends vroeg met een statief rond te sleuren (zwak, ik weet het). De Königsallee leek ons een ideale plek om onze statieven op te stellen. Oordeel zelf:
Onze werkzaamheden werden afgekapt door mijn grollende maag. 20.15u is een mooi uur om op zoek te gaan naar een geschikt restaurant. We belandden eerst in een straat die wat aan de Brusselse Beenhouwersstraat deed denken: één lange opeenvolging van toeristenvallen. De tripadvisor reviews waren niet al te best, dus besloten we nog wat verder te zoeken. Helaas bleek de Italiaan met goede reviews die wij op het oog hadden gesloten. Net op het moment dat wij zuchtend voor het gesloten restaurant stonden (het was inmiddels al 21u) passeerde er een koppel Nederlanders die ons in hun beste Engels uitlegden dat er wat verderop ook een zeer goede, authentieke Italiaan was. Ze zeiden dat het restaurant meestal afgeladen vol zat, maar omdat het al wat later was, konden we geluk hebben dat er een tafeltje vrij zou komen. Wij bedankten hen vriendelijk voor de tip en jawel, we hadden geluk: er kwam net een tafeltje vrij toen wij A Tavola binnen stapten.
We werden bediend door een wat oudere Italiaan die enkel Italiaans tegen ons sprak (gelukkig slaagde ik erin wat Italiaans uit mijn geheugen op te diepen en versta ik de taal nog redelijk goed). Hij vroeg ons vanwaar we kwamen en toen hij hoorde dat we uit België kwamen, zong hij ons een lied voor opgedragen aan de Italiaanse mijnwerkers die in de Limburgse mijnen tewerkgesteld waren. Heel ontroerend. Hij kende zelfs Rocco Granata! Het eten was uitstekend, de wijn geweldig en de bediening onvergetelijk. Een fantastische beleving. We konden dan ook niet anders dan na het dessert (tartufo) een glaasje limoncello te bestellen om te toasten op deze geslaagde dag.
Leuke architectuur!
zucht, ‘k wil effe wel je eetfoto’s niet meer zien ;)…nog een paar weken op dieet
Nog even doorbijten, goofball! ‘t Zijn de laatste loodjes!
[…] gaat. Ik denk dat er weinig culinaire uitdagingen zijn die ik niet zou durven aangaan. Zo at ik al meermaals insecten (best wel lekker, dus ik snap de weerstand van de meeste mensen hiertegen niet echt). […]