Mijn vriend was extra vroeg opgestaan om in de onsen te genieten van de zonsopgang. Hij kwam helemaal warm en hitsig terug van zijn onsenavontuur. Jaja, zo tussen blote Japanners zitten, het doet wat met een mens. 😉
Na in Hakone exact hetzelfde ontbijt als de dag voordien verorberd te hebben, vertrokken we gepakt en gezakt richting station. Volgende halte: Kyoto! De meeste Japanreizigers zijn erg enthousiast over deze voormalige hoofdstad van Japan, dus ik was benieuwd. Zoals we dit ondertussen gewoon zijn, bracht het Japanse openbaar vervoer ons stipt tot op de minuut op onze bestemming.
In het station van Kyoto trokken we eerst richting tourist office om alvast de nodige folders en plannetjes op te laden. Het was even zoeken voor we het juiste hotel gevonden hadden. Blijkbaar zijn er twee APA-hotels vlakbij het station en uiteraard stonden we eerst in het verkeerde. Gelukkig bleken de reservatiesystemen aan mekaar gekoppeld en legde de vriendelijke dame aan de receptie ons uit hoe het juiste hotel te bereiken. Het hotel bleek een blok verder te liggen.
De kamers in ons hotel waren de kleinste die ik ooit gezien heb: een bed van 120 centimeter breed nam het merendeel van de ruimte in, daarna was er enkel nog plaats voor een gangetje waar net twee koffers in konden platliggen en een minibadkamer. Als mijn broer zich in bed uitstrekte, kwam hij met zijn voeten aan het raam. Maar verder geen klagen, de kamer was van al het nodige comfort voorzien.
Ondertussen was het al bijna 14.00u, hoog tijd om ergens een mddagmaal bijeen te scharrelen. We keerden terug naar het Porta shoppingcentrum onder het station en vonden daar een lange gang met veel goedkope restaurantjes. We vonden een restaurant dat een Japanse specialiteit serveerde: okonomiyaki en negiyaki zijn allebei een soort omelet met diverse ingrediënten (vis, vlees, groenten) die in een pan geserveerd worden. Negiyaki is een dubbelgevouwen omelet, terwijl okonomiyaki met een soort dikke zoete saus en katsuobushi opgediend wordt. Best wel lekker, maar we hadden na deze maaltijd allemaal het gevoel dat ons eierenquota voor deze reis ongeveer bereikt was. Japanners blijken dol op eieren te zijn en in veel gerechten zit wel op één of andere manier ei verwerkt.
De eerste bezienswaardigheid die we aandeden in het koude en bewolkte Kyoto waren de Nishi- en Higashi Honganji tempels. Eén van beide tempels onderging momenteel een grondige restauratie, waardoor de buitenkant aan het zicht onttrokken werd. We hadden het gevoel dat er momenteel een restauratiegolf door Japan trekt, want we zagen op onze trip al veel gesluierde tempels en heiligdommen.
Blijkbaar was er in de tempels één of ander groot event aan de gang, want eens we binnen waren, kwamen we tussen grote groepen Japanners terecht in een grote hal met rijen en rijen genummerde klapstoeltjes en grote tv-schermen. We besloten ons te laten meevoeren door de stroom, maar werden al snel tot staan gebracht en resoluut de andere kant uit gestuurd.
Via een trap kregen we toegang tot de stellingen die rond de tempel gebouwd waren en konden we een blik werpen op het dak dat momenteel volop gerestaureerd werd. Heel interessant om de structuur van zo’n dak van dichtbij te kunnen bestuderen. Tijdens dit bezoek ervoeren we de eerste keer iets van drukte, vooral dan van de aanwezige Japanners. Het aantal buitenlandse toeristen was nog altijd op twee handen te tellen.
Het parcours langs en doorheen de tempel bracht ons bij een afzonderlijke tentoonstelling over een Japanse vrouw waarvan op driejarige leeftijd de benen geamputeerd werden. Ze vergeleek zichzelf met een Japanse darumapop, een pop zonder armen en benen die als geluksbrenger dienst doet. Een pakkend verhaal over moed een doorzettingsvermogen, want ze slaagde erin een zinvol leven te leiden en werd later tijdens haar leven zelfs een veelgevraagd spreker. Al werd wat mij betreft iets te zeer de nadruk gelegd op het religieuze aspect, maar dat was natuurlijk te verwachten, gezien de omgeving.
Net toen we het tempeldomein verlieten, losten de donkere wolken die de hele namiddag al dreigend boven onze hoofden hingen, hun waterige inhoud. Uiteraard lag de hele collectie paraplu’s die we tot nu toe op onze reis bijeengespaard hadden op onze kamer. Gelukkig was er een tempelmedewerker die medelijden met ons buitenlandse toeristen had en ons achterna liep met vier paraplu’s van de tempel. “A present”, zei hij. Een nuttiger geschenk had hij ons op dat moment niet kunnen geven.
We hadden langer in de tempel doorgebracht dan verwacht en het was al bijna tijd voor het avondeten. Omdat we nogal laat middag gegeten hadden, was er van een hongergevoel nog niet echt sprake. Een geschikte gelegenheid vinden om gewoon iets te drinken, blijft moeilijk in Japan. Een klassiek café of bar waar je enkel iets kan drinken, zijn we nog niet tegen gekomen.
We trokken dan maar terug naar het ons ondertussen vertrouwde station van Kyoto waarvan we de moderne architectuur bewonderden. Het gebouw is een ontwerp van Hiroshi Hara en werd voltooid in 1996. Het gebouw is zeer mooi, maar spijtig dat de open architectuur de koude en de regen het gebouw laat binnenkomen. In de zomer is dit ongetwijfeld een gezellige plek. Nu deed het meer denken aan een tochtgat.
In het stationsgebouw bevindt zicht het winkelcentrum The Cube. We liepen door gigantische elektronicawinkels van meerdere verdiepingen, zagen eindeloos veel klerenwinkels met lelijke Japanse kledij en bleven het langste hangen op het verdiep met de levensmiddelen. We voelden ons een beetje als Alice in Wonderland. Al die onbekende en vreemdsoortige etenswaren, een mens zou van alles moeten kunnen proeven.
Een serie roltrappen bracht ons naar het hoogste verdiep. Alwaar we een mooi, zij het uitgeregend, uitzicht over Kyoto hadden. En zo belandden we op de restaurantverdieping van The Cube. We vonden een restaurant waar iedereen z’n gading kon vinden en bestelden alledrie een setmenu. Mijn vriend en ik gingen voor de menu met tempura en sashimi. Daarbij werden rijst, de onvermijdelijke misosoep, opgelegde groenten en een viertal slaatjes van zeewier en tofu geserveerd. Heel lekker en verfijnd allemaal.
Na de maaltijd sloeg de vermoeidheid toe en trokken we ons terug in onze hotelkamer. Vlakbij ontdekten we een café met Belgische bieren. Toch nog een café in de buurt! Al leek 1050 yen voor een Orval ons toch net te veel.
De rest van de avond bracht ik door al pendelend tussen onze hotelkamer en de onsen op het elfde verdiep. Daar bevond zich namelijk de wasmachine en de droogkast. Dit wil zeggen dat ik onze was gedaan heb tussen een hoop naakte Japanse vrouwen. Ik kan ergens wel begrijpen dat het hotel die machines daar plaatst, want de meeste vrouwen zullen de was insteken en dan gaan relaxen in de onsen, maar echt handig is het niet: in zo’n hete en vochtige omgeving zitten wachten tot je was gedaan is als je zelf geen zin hebt om in de onsen te gaan. Er was ook maar één wasmachine beschikbaar, die bij de onsen van de heren tel ik uiteraard niet mee. Ik zie me nog niet de was doen tussen een hoop naakte Japanse venten. 😉 Enfin, de was raakte uiteindelijk gedaan. Zij het dat elk vrij plekje in onze toch al krappe kamer door drogende was werd ingenomen.
Arg, Kyoto, de plek waar 1 van de meest idiote verdragen is getekend.
[…] maar de Japanse keuken is zoveel rijker dan dat. Je hebt sukiyaki, teppanyaki, teriyaki, tempura, okonomiyaki, yakitori, udon noedels, soba noedels, onigiri (serieus, waarom verkopen ze dat nergens in […]