Het lijkt alsof er tegenwoordig aan de lopende band mensen vertrekken op mijn werk. Vandaag namen we afscheid van een collega die op pensioen ging. De opkomst op haar afscheidsfeestje was massaal. De afscheidnemende collega werkte al vanaf 1968 bij ons, zo lang bij eenzelfde bedrijf blijven, ik kan het me moeilijk voorstellen. In al die jaren bouwt een mens natuurlijk een behoorlijk uitgebreid netwerk op, vooral als je zo’n warme en behulpzame persoonlijkheid hebt als zij. De collega’s van haar team hadden een heel mooie speech voorbereid, die ik en de leden van mijn team jammer genoeg gemist hebben door een uitgelopen vergadering. Gelukkig konden we een papieren exemplaar van de speech bemachtigen en zo toch nog een beetje proeven van wat ongetwijfeld een ontroerend moment geweest moet zijn.
Bij het afscheid nemen vertrouwde onze oud-collega me toe dat ze er tegenop zag, tegen haar pensioen. Toegegeven, haar fysiek wilde de laatste tijd niet meer mee, maar de wil om te werken was er nog. En ze had niet graag het gevoel dat ze niet meer nuttig kon zijn. Tja, wat zeg je daarop? Ik zag in haar ogen dat het afscheid haar zwaar viel. En wij, we zullen haar allemaal missen.