Een première in het kader van het Afrikafilmfestival buiten beschouwing gelaten, moet het al maanden geleden zijn dat ik nog eens voet zette in een cinemazaal. Feit is dat de Kinepolis bij ons om de hoek tegenwoordig erg weinig films speelt die me werkelijk aanspreken en ik het commerciële sfeertje dat er heerst niet echt weet te appreciëren. Maar een avondje uit met kameraad en filmliefhebber K was een goede reden om ons nog eens tussen de popcornvreters te begeven.
Bij gebrek aan beter kozen we voor de film Hayware. Een cliché-actiefilm met een onoverwinnelijke heldin die getrainde mannen die dertig kilo meer wegen als haar zonder verpinken uitschakelt. Hmm. Alhoewel de gevechtsscènes mooi in beeld gebracht waren, liet de film me ijskoud. Als de heldin in de helft van de film een kogel in het hart gekregen had, het zou me compleet niets gedaan hebben. De heldin kwam op mij koud en afstandelijk over (ondanks de poging om haar menselijk te maken door de band met haar vader te benadrukken en die idiote scène waarin ze rouwt om iemand waarmee ze ocharme één keer een vluggertje gehad heeft), waardoor ik me niet in haar kon verplaatsen. De reden dat iedereen op iedereen zat te schieten, bleef ook erg mistig en sommige onderdelen van de film waren gewoon saai, ik moest de neiging onderdrukken om tussendoor wat Wordfeud te spelen. En de scène met het hert was gewoon een hilarisch slechte poging tot humor. Niet te geloven dat een film met zo’n geweldige cast (Michalel Douglas, Antonio Banderas, Ewan McGregor, Bill Paxton) zo de mist in kan gaan.