The A-team

Ach, zalig jeugdsentiment. Hannibal, B.A., Faceman en Murdock, dat waren nog eens helden! Elke aflevering eindigde gewoontegetrouw in een climax van ontploffende granaten en ratelende machinegeweren en toch vielen er nooit doden. Hier en daar had iemand misschien een beetje last van hoofdpijn door een welgemikte uppercut van B.A., maar niets dat niet met een paar asperines op te lossen viel.

The A-team is één van die mythische series uit de jaren tachtig die, hoe verder je ervan verwijderd raakt in jaren, alleen maar beter schijnen te worden. Pure kitch natuurlijk, maar wel zalig ontspannende kitch. En ja, toen ik een tijd geleden in de kranten las dat de acteur die Hannibal neerzette, overleden was, moest ik toch even slikken. Ik dacht dat helden onsterfelijk waren…

Nu, blijkbaar sta ik niet alleen met mijn jeugdsentiment, zoals dit experiment van Dave Coustan aantoont.

Met dank aan de weblog van de standaard.

Happy Birthday!

Heel veel dikke kussen voor de belangrijkste man in mijn leven! Ik kan niet genoeg herhalen wat je voor mij betekent. Jij hebt mijn leven zin en richting gegeven. Je staat altijd voor me klaar en verdraagt gedurig mijn grillen, al bijna zes jaar lang. Je bent de liefste, de zachtste en de knapste.

Ik zie je graag!

Dit in de hoop dat je ooit eens tijd vindt om mijn blogje te lezen. 😉

FOSDEM

Gisterenavond ben ik naar het FOSDEM-buffet geweest. Voor degenen onder jullie die niet weten wat FOSDEM is, FOSDEM is hét Belgische nerd-event bij uitstek. Een jaarlijkse bijeenkomst van open source enthousiastelingen, waar de cyberliefhebbers zich over allerlei nieuwe gadgets en coole programma’s buigen. Een event ook waar vrouwen de spreekwoordelijke naald in de hooiberg zijn.

En nu vraag ik mij af: wat is de oorzaak van deze vrouwelijke bloedarmoede? Worden vrouwen nog steeds afgeschikt door het mannelijke aura dat rond techniek en dan vooral computertechniek hangt? Of komt het door die overweldigende massa onaantrekkelijke, slecht gewassen venten die overleven op caffeïne en nachtelijke coding sessies? (Ok, dit is een huizenhoog cliché natuurlijk, d’r lopen heus wel aantrekkelijke exemplaren op FOSDEM rond, mijn eigen vriendje, bijvoorbeeld.)

Dit gebrek aan vrouwen in het computerwereldje en, bij uitbreiding, het open source wereldje is des te vreemder omdat in andere “typisch mannelijke” beroepen vrouwen wel aan een inhalingsbeweging bezig zijn. Het valt mij telkens weer op dat vrouwen op dit vlak veel meer last hebben van koudwatervrees. Waar een computer voor een man een onuitputtelijke bron van fascinatie vormt, is de vrouwelijke reactie: “oeioei, als ik maar niks kapot maak”.

Mijn boodschap aan ieder die net zoals ik twee X-chromosomen heeft, is dan ook: Dames, laat jullie niet afschrikken! Dit mannenbastion is niet zo onneembaar als het lijkt. Begin met kleine stapjes, vraag veel uitleg en laat jullie niet doen!

Tot zover uw feministisch bulletin van vandaag. :-)

Leiden of lijden?

Gisteren heb ik voor het eerst een vergadering geleid van de vereniging waar ik lid van ben. Dit onverwacht moderatorschap was eigenlijk totaal niet gepland. De personen die normaal de leiding op zich nemen, waren toevallig allemaal afwezig. Dus ben ik even ingesprongen.

‘t Was wel wat improviseren, maar ik moet zeggen, het ging me wel af. Ik ben erin geslaagd iedereen zijn zeg te laten doen en toch op het onderwerp te blijven. En dat “op het onderwerp blijven”, is echt geen sinecure. Onze vergaderingen hebben de slechte reputatie vaak te ontaarden in oeverloos gezever en uit te lopen tot in de late uurtjes.

Niets daarvan gisteren. Ik mag dan graag denken dat dit door mijn uitstekende leiding kwam, maar de eerlijkheid gebied te zeggen dat een aantal personen berucht voor hun rond-de-pot-gedraai en naast-de-kwestie-gezever niet aanwezig waren.

Enfin, toch een klein pluimpje op mijn hoed: de vergadering was stipt gedaan om 22.00u. Zoals gepland. 😉

Sneeuw!

Jawel, het is er dan toch eindelijk van gekomen! Toen ik deze ochtend uit het venster keek, was de wereld bedekt met een laag sneeuw van toch een centimeter of vijf. Terwijl al bijna overal elders in het land sneeuw lag, kreeg ik het gevoel dat de regio Leuven-Brussel niet op goedkeuring van de sneeuwgoden kon rekenen. Bij deze is dat dus rechtgezet.

Sneeuw maakt mij altijd blij. De witte wereld ziet er mooier en onschuldiger uit onder een laagje sneeuw. Mensen draaien sneeuwballen en laten even het kind in zichzelf naar boven komen. Ik hou ook van het gevoel van versgevallen sneeuw onder mijn voeten. Al moet ik hier helaas aan toevoegen dat je, door het ijverige gestrooi met zout van tegenwoordig, om dit gevoel te ervaren de besneeuwde velden moet intrekken. In de stad zijn alle wegen al sneeuwvrij (of toch bijna allemaal).

Ik hoop alleszins dat de sneeuw nog even blijft liggen tot het weekend (helaas de plichten van de werkende mens beletten mij op dit moment ten volle van de sneeuw te genieten). Het kind in mij is al veel te lang verwaarloosd geweest… Misschien maak ik wel een sneeuwpop. 😉

Geniet van het winterweer!

Belegerde stad

Jaja, Bush is in het land en heel Brussel zal het geweten hebben. Afgesloten straten, overal mannen in uniform (en neen, mannen in uniform zijn geen persoonlijke fetish), om de haverklap sirenes, overvliegende helikopters, omgeleide metro’s,… ‘t Is me wat. En dat voor zo’n fils à papa als George junior…

Nu, ik hoop echt uit de grond van mijn hart dat er wat meer wederzijds begrip ontstaat door dit bezoekje. Want waar moet het met de wereld heen als je zelfs je bondgenoten al vijanden dreigen te worden?

Peace, love and understanding! 😉

Arrogante Amerikanen?

Toegegeven, ik ben geen grote fan van George W. Bush. Alles behalve zelfs. Maar daarom scheer ik nog niet alle Amerikanen over dezelfde kam. Want hey, ik denk (echt waar) dat Amerikanen ook maar mensen zijn, net zoals iedereen op deze aardkloot. En laten we vooral niet vergeten dat niet elke Amerikaan op GWB gestemd heeft.

Dus heb ik met stijgende verbazing een aantal Amerikaanse reacties op een diplomatiek incident zitten lezen.

Ik citeer:
“Belgian officials need to realize that protecting our leaders is a different enterprise than protecting their own–people so unimportant and submissive that nobody would bother to attack them.

The Secret Service agent should have said, “Yes, I know I am in Belgium. Now show me what you do best, boot-licker.”

Ik hoop echt dat dit soort reacties niet representatief is voor de wijze waarop de doorsnee Amerikaan over België en, bij uitbreiding, Europa denkt. Een beetje relativeren kan nooit kwaad.