BBC weather voorspelde voor vandaag heavy rainshowers. Gelukkig bleken de voorspellingen van BBC weather deze reis wel vaker verkeerd. De plassen die ‘s nachts door de regen gevormd waren, droogden al op toen wij na het ontbijt aan ons dagje Riga begonnen. De zon scheen en het was al aardig warm.
We startten de dag met een bezoek aan de centraltirgus (de centrale markt). In oude zeppelinhangars bevinden zich kraampjes met allerlei etenswaren: vis, vlees, groenten, fruit, melkproducten, kazen, alcoholische dranken, paddenstoelen, broden, gebak,… Teveel om op te noemen. De veelheid van het aanbod was echt overdonderend en het zag er allemaal even lekker uit. Wij lieten ons verleiden tot de aankoop van twee streekproducten: een flesje Riga champagne en een fles Black Balzām (een soort kruidenlikeur). Ik bestelde in mijn beste Russisch en tot mijn grote vreugde begreep de dame aan de kraam mij prima en ik haar ook.
We zetten onze aankopen af in het hotel en wandelden naar de St.-Petrikerk, één van de oudste bouwwerken in Riga en tevens het symbool van de stad. En ja, ook deze kerk werk verwoest tijdens de tweede wereldoorlog en daarna herbouwd. Het begint een beetje afgezaagd te geraken. De voornaamste reden om deze kerk te bezoeken is niet het interieur, dat niet zoveel voorstelde, maar wel het schitterende uitzicht op de stad. Magnifiek!
Daarna volgende we de wandeling die in onze reisgids stond uitgestippeld. De wandeling bracht ons langs mooie straten met veel terrasjes, kraampjes met prullaria en veel toeristen. Zeker een bezoek waard: het gebouw van de Kleine Gilde. Mijn vriend en ik waren er tijdens ons bezoek de enige toeristen. Onbegrijpelijk, want het interieur is fenomenaal en voor de inkom van drie euro voor twee personen moet je het zeker niet laten. Helemaal alleen dwaalden we door de prachtige zalen met schitterende glasramen en houtsnijwerk, zonder dat er iemand was om ons in het oog te houden. Leuk, maar ook een beetje onverantwoord.
Het oude centrum van Riga zit tjokvol mooie en interessante gebouwen. Je kan er blijven naar kijken. Zo mooi. Zo zagen we een huis met katten op de torentjes waaraan een kleine stadsgeschiedenis verboden was. Het rijke heerschap dat dit huis liet bouwen, wilde zijn minachtige voor de Grote Gilde uitdrukken en zorgde ervoor dat de katten met hun gat naar het gebouw van de gilde geplaatst werden. ‘s Middags aten we iets kleins op het Domplein dat ‘s zomers in een groot terras wordt omgetoverd en waar ‘s avonds live muziek wordt opgevoerd.
We bezochten de Domkerk die vooral bekend is voor het grote orgel met de prachtige klank. We waren echter te laat om het middagconcert mee te pikken. De kerk zelf draagt de sporen van verschillende branden. Op mij maakten vooral de prachtige glasramen indruk en de (in verval zijnde) kloostergang van het aangrenzende klooster. We wandelden verder tot aan de rivier en de burcht waarin momenteel de president van Letland zetelt, waarna we op onze stappen terugkeerden en naar het architectuurmuseum gingen.
Het architectuurmuseum is gevestigd in drie panden die samen de Drie Broers worden genoemd. Het oudste pand stamt uit de 15de eeuw, de twee andere uit de 17de en 18de eeuw. Ingang voor het architectuurmuseum is gratis en dat is volkomen terecht, want buiten een paar architectuurtekeningen is er niet veel te zien. Maar het is wel leuk om in de oude vertrekken rond te dwalen en het binnenkoertje te inspecteren. Vreemd was dat we verschillende keren bijna in de kantoren van de medewerkers terecht kwamen.
Ook erg de moeite: Melngalvju nams, het huis van de Zwarthoofden. Dit huis werd voor de eerste keer in 1334 in documenten vermeld. De leden van de Compagnie van de Zwarthoofden, waaraan het huis zijn naam ontleend, waren jonge, ongetrouwde kooplieden van Duitse afkomst. Het huis is gebouwd in de stijl van de Hollandse renaissance. Het huis dat nu te bezoeken valt, is een reconstructie. Na WOII bleven er slechts ruïnes over die later door de Sovjets volledig met de grond gelijk gemaakt werden om er een ander gebouw neer te zetten. Enkel de kelders zijn nog origineel. Als je naar Riga gaat, moet je dit huis bezocht hebben. Het interieur doet je mond echt open vallen. Bovendien is het een historisch belangrijke plek: in 1921 werd in dit huis het vredesverdrag tussen Polen, Rusland en Oekraïne gesloten. En je zal zien dat de naam zwarthoofden ook erg letterlijk geïnterpreteerd werd door de ontwerpers van het interieur.
Tijdens onze verkenning van Melngalvju nams kwamen we plots op een verdieping terecht waar alles in gereedheid werd gebracht voor de vernissage van een fotografietentoonstelling van een bekende fotograaf. Ik denk niet dat het de bedoeling was dat we daar rondliepen, maar niemand sprak ons daarop aan en zo kregen we een mooie collectie naaktfoto’s in avant-première te zien. We overwogen nog even om daar te blijven rondhangen tot de eerste glazen champagne werden uitgedeeld, maar aangezien we nog veel wilden zien die dag, zagen we daar toch maar vanaf.
We vervolgden onze wandeling langs het vrijheidsbeeld en genoten van het mooi onderhouden groen in de prachtige parken van Riga. In het park zagen we weer bruggetjes met sloten van pasgehuwde koppeltjes. Zou zo’n koppel de moeite doen om dat slot te gaan losmaken als hun huwelijk in een echtscheiding eindigt? Waarschijnlijk niet.
We lasten een kleine drankpauze in. In de plaatselijke versie van Starbucks (met een opvallend gelijkaardig logo), Double Coffee, dronken we een Riga coffee (met Balzām) en een šokolādes cepumu (een soort milkshake). Daarna wandelden we verder naar de Alberta Iela die in het begin van de 20ste eeuw vorm kreeg. Op dat moment was Riga de op vier na grootste stad van het Russisch imperium en een snel uitdijend economisch centrum. De ganse straat werd in die periode volgebouwd met schitterende jugendstilhuizen. Het ene al mooier en geraffineerder dan het andere. Ik geraakte er niet op uitgekeken.
De Belgische ambassade deelde trouwens één van de mooiste panden met de Ierse ambassade. De hele buurt zat tjokvol ambassades en je merkte aan de eet- en drinkgelegenheden dat dit een chiquere buurt was. In elke straat waren er minstens twee koffiebars. Zeker om het diplomatieke personeel van de dagelijkse portie caffeïne te voorzien. 😉
Ondertussen waren we in de buurt gekomen van het startpunt van een andere wandeling die in mijn reisgids beschreven stond. Dus deden we die ook maar. We kwamen langs de orthodoxe Christus geboortekathedraal, een bloemenmarkt, gebouwen van de universiteit, alweer een mooi park en het operagebouw.
We kwamen langs talrijke restaurants waar het eten er overheerlijk uitzag. Wij hadden helaas nog vouchers voor het avondmaal in ons eigen restaurant. Uiteraard waren we niet verplicht daarvan gebruik te maken, maar we hoopt dat het eten vandaag beter zou meevallen. Misschien had de kok een slechte dag. Het eten van deze avond was echter nog slechter dan de avond voordien. De vis die we voorgeschoteld kregen was volledig uitgedroogd en hetzelfde gold voor de rijst die zo taai was dat ik hem amper doorgeslikt kreeg. Groenten waren de vertrouwde twee schijfjes tomaat en komkommer. Het was verschrikkelijk. Als je ooit logeert in Hotel Avalon, ga dan elders eten of hou het bij cocktails, want die zijn wel behoorlijk. Het hotel op zich was voor de rest redelijk, buiten het feit dat er schimmel in de douche stond, wat eigenlijk een schande is.
Na het avondmaal trokken we het stadscentrum in. We vonden een plekje op een terrasje van een bar met de poëtische naam “I love you”, waar we enkele cocktails dronken en zonder problemen gebruik konden maken van hun free wireless. Echt, in de Baltisch staten heeft bijna elke café en restaurant free wireless ter beschikking voor hun klanten. Je vraagt gewoon naar het paswoord en hup, je bent vertrokken.
[…] Letland […]