Na een lange zoektocht naar een geschikte datum, zijn we er gisteren eindelijk in geslaagd te gaan dineren bij een bevriend koppel in het Antwerpse. (Na Vlaams-Brabant is Antwerpen de provincie waar ik het meeste vrienden heb wonen, vreemd want mijn wiegje stond in Limburg, alhoewel ik hard mijn best doe om dit te verdoezelen. 😉 )
De sfeer zat er al van bij het begin goed in. De gastheer kwam de deur opendoen en zijn gewoonlijk nogal gereserveerde houding was in velden nog wegen te bekennen. Joviaal, niet te doen. Het kwartiertje dat we de gastheer voor onszelf hadden (de gastvrouw was nog overuren aan het kloppen), leerde ons al gauw dat hij vanaf ‘s middags op restaurant had gegeten. Dit natuurlijk onder het genot van een paar glaasjes wijn (of misschien zelfs iets meer dan een paar). Tja, zo gaat dat nu eenmaal wanneer een groot project opgeleverd wordt in de bouw.
Maar laat ik er geen doekjes om winden. De jongen was zat. En voorwaar, lang geleden dat ik nog zo hard gelachen heb. Zat zijn is gezond!
PS: Het eten (dat de gastvrouw had klaargemaakt) was ook heel lekker.